Waar moet ik op letten bij online presenteren? 5 tips om online beter over te komen.
Meer tips? Meld je hier aan voor onze Q&A op donderdag 26 maart
‘Was het goed tot nu toe? Interessant?’
‘Die deelnemer is al weggegaan. Shit.’
‘Is wat ik aan heb eigenlijk niet raar?’
Het zijn gekke tijden. Opeens moet je al je werk online gaan doen. Of dat proberen.
Als paddestoelen zie je overal video’s en webinars uit de grond schieten.
Je denkt: dat ga ik ook doen! Enthousiast ga je als een malle alle kennis delen die je hebt. En dat op video. En online! Al snel merk je dat online presenteren heel anders is dan ‘in het echt’. Je kunt de reacties minder goed peilen en gebaren komen op video veel overdrevener over dan bedoeld. De video stottert net op het moment dat jij je punchline vertelde. En je bent je er enorm van bewust dat je eigenlijk gewoon in je slaapkamer tegen een scherm staat te praten.
In de stortvloed aan video’s van de afgelopen week zien we van alles langskomen. Daarom geven we je vijf tips waar je op moet letten bij online presenteren:
1. Maak ook online gebruik van stiltes
Je stopt even met praten tijdens je online presentatie. Awkward! Iedereen kijkt naar je. Via een scherm vanuit hun slaapkamer. Daar ben je je even heel bewust van. Het voelt als een halve minuut, maar in de praktijk was het slechts 2 seconden.
Veel sprekers vinden het extreem ongemakkelijk om stiltes te laten vallen tijdens hun presentaties, ook online. Dat is jammer, want stiltes zijn absoluut noodzakelijk voor jou en je publiek:
Voor je publiek om te verwerken wat je tot nu hebt gezegd. En te reflecteren op de inhoud.
Voor jou om jezelf de tijd te gunnen om bepaalde keuzes te maken tijdens je presentatie. Wat wil ik ook alweer zeggen? Moet ik hier nadruk op leggen?
2. Varieeeeeeer…. in je spreektempo
Je luistert en kijkt naar een video-presentatie en je denkt: ‘pfff, hoe lang gaat dit nog duren?’
Leeft die man überhaupt nog?
Kan het niet iets sprankelender?
Grote kans dat de spreker in één tempo spreekt.
Al. Zijn. Zinnen. Hebben. Hetzelfde. Ritme. Zin. Na. Zin. Na. Zin.
Hoe kan je dit als spreker voorkomen?
Door een contrast aan te brengen tussen snel en langzaam.
Als je dit bewust doet, dan laat zien dat je meerdere mogelijkheden beheerst als spreker. Dan denkt je publiek: ‘zo, die weet waar ‘ie het over heeft.’ En blijven ze geboeid. Online is de concentratie veel eerder weg en door te variëren in je spreektempo houdt je de luisteraar meer betrokken.
3. Zet een punt aan het eind van je zin.
Brij dus niet al je zinnen aan elkaar want dan kan je publiek op een gegeven moment helemaal niet meer opslaan wat je eigenlijk zegt dat is op tekst al moeilijk zoals in deze zin maar zeker als je spreekt je inhoud is namelijk nieuw voor je luisteraars dus zet alsjeblieft af en toe een punt en zet die laag.
Een punt zetten.
Schrijvend doen we dat allemaal automatisch, maar sprekend neigen we dit nogal snel te vergeten.
Let maar eens op, veel sprekers die niet goed weten wat ze gaan zeggen, gaan ratelen.
Ze praten maar door en eindigen al hun zinnen hoog in hun stem qua intonatie. Alsof er achter die zinnen een komma staat.
Zeg het volgende stukje tekst maar eens hardop:
We gingen met z’n allen naar de supermarkt, en daar kochten we vijf pizza’s, maar we hadden te weinig geld bij ons en toen….
Of:
We gingen met z’n allen naar de supermarkt. Daar kochten we vijf pizza’s. We hadden te weinig geld bij ons en toen…
Als dat eerste stukje nog veel langer zou duren zou je gek worden. Zowel jij als je publiek.
Zo sluit je je zinnen niet af.
Niet voor jezelf als spreker, je gunt jezelf namelijk geen denktijd, maar ook niet voor je publiek. Zij hebben tijd nodig om wat je zegt te verwerken, en als je geen punten zet wordt het voor de luisteraar één grote informatiebrij. Zet. Dus. Die. Punt! Online misschien wel extra belangrijk, omdat de concentratieboog daar veel korter is!
4. Vind een fijne neutrale positie
Hangend voor je webcam je verhaal de ether in lullen of pijnlijk stijf -als een robot- je woorden in de microfoon dumpen: allebei niet zo lekker.
Het is belangrijk om een fijne uitgangspositie te vinden waar vanuit je kan variëren. In de mime corporel (google!) noemen ze dat een zero. Een sterke fysieke basis die op zichzelf niets communiceert.
Zittend voor de camera?
Even rechtop nu. Voel je zitbotten in de stoel. Tikkie naar voren leunen, tikkie naar achteren, zoek het midden. Lichte spanning op je buik. Borst open (theatertaal, maar je begrijpt ons wel), schouders ontspannen, et voila.
En nu is het ons er echt niet om te doen dat je altijd prachtig neutraal zit. Juist niet! Maar het is wel heel belangrijk te weten wat je basishouding is. Want als die basishouding klopt, beïnvloedt dat ook je andere houdingen.
Denk jij dat je ontspannen zit, ben je voor de rest van de wereld nog steeds een stresskip.
5. Wissel af tussen je verhaal brengen en je kijkers naar jou toe laten komen
Veel sprekers hebben de neiging hun verhaal te komen brengen. Bijna door de camera heen. Zij hebben het idee dat zij als spreker heel hard moeten werken de hele tijd en dat alle verantwoordelijkheid van de presentatie bij hen ligt.
Je hebt twee vormen van aandacht vragen. Attentie en attractie. Attentie is de schooljuf die roept: ‘kinderen opletten.’
Je beweegt dan met je lichaam naar voren, gaat harder praten en maakt meer contact. Dan kom je boodschap brengen. Je voegt heel veel energie toe. Doe je dit alleen maar dan haakt je publiek af. Omdat jij als spreker alle verantwoordelijkheid neemt voor de interactie. Terwijl een presentatie een dialoog is waarbij maar een van de twee spreekt, maar waar je wel krijgt wel signalen terugkrijgt van je toeschouwers. Via de webcam, de chat.
Daarom is het ook belangrijk om ook attractie in te zetten. Zachter te praten, met je lichaam naar achter te bewegen. Dan komt je publiek naar jou toe. Omdat zij meer moeite moeten doen: ook verantwoordelijkheid moeten nemen voor de interactie. Het is niet zo dat een van deze twee manieren van spreken beter is, het is wel belangrijk dat je afwisselt tussen beide. Dan verandert er steeds iets voor je publiek en breng je ze in beweging. Je bent namelijk afwisselend meer op hen gericht en dan weer meer op jezelf. Net als in een echt gesprek. Waar je dus op moet letten voor een fijne ervaring voor je luisteraars.
Online presenteren is een vak apart. En ook weer niet. Veel van de zaken waar je bij een live presentatie op moet letten gelden ook online. Maak gebruik van stiltes. Varieer in je stemgebruik. Zet een punt aan het eind van je zin. Het grote verschil met offline is dat de concentratie van je deelnemers nóg sneller weg is. Het is daarom online essentieel om de luisteraar te blijven boeien. Hoe doe je dit?
Wissel af in attentie en attractie. Creëer een fijne neutrale positie. En wees je er bewust van dat gebaren op beeld nóg groter over komen. Op die manier creëer jij een presentatie waar mensen naar willen blijven luisteren. En nog belangrijker, komt je boodschap nóg beter over!
De komende tijd zullen wij op bovenstaande tips nog specifiek ingaan aan de hand van blogs en video’s. Volg ons voor meer info over online presenteren op LinkedIn en Instagram.
Q&A over Online Presenteren door PresentU
We zijn natuurlijk ook zeer benieuwd waar jullie allemaal tegenaan lopen.
Komende donderdag 26 maart organiseren we met PresentU een webinar over online presenteren. In deze webinar gaan we verder in op de tips voor online presenteren, maar zijn we er vooral om jullie vragen te beantwoorden. Waar loop jij tegenaan bij online presenteren? Wat is er anders dan in ‘live’?
Laat het ons weten via de mail en meld je aan voor het webinar!
N.B. van het technische deel en de online video tips en tricks hebben wij als theater-experts minder verstand. Lees daarom ook deze blog van DutchCowboys over online video.
Geef een reactie